Blogger Kee van Keetenstijd vertelt over haar eerste ei-ervaring.
Ik ben opgegroeid in een gezin van 6, wat op zondagochtend zorgde voor grote chaos aan de keukentafel. Iedereen was uiterst druk met zichzelf; mijn grote zus stond er op dat Ace of Base op maximaal volume uit de speakers schalde. Met zijn geëtter deed mijn broer zijn uiterste best het bloed onder mijn kleine zusjes nagels te peuteren, waarop zij er alle noten van de toonladder uit brulde. Mijn vader bleef stoïcijns de NRC-weekendeditie door ploeteren en mijn moeder maakte de kakofonie compleet met het opschuimen van de, voor haar heilige, cappuccinomelk. Maar elke zondagochtend stond één zaak centraal. Als mijn vader de laatste letters van het nieuws had geabsorbeerd stelde hij steevast de vraag: ‘Wil jij een eitje uit een kopje, of uit een dopje?’ Net zo steevast raakte ik in blinde paniek omdat ik, zeven dagen na de vorige zondag, weer het verschil vergeten was. Maar wanneer ik om uitleg vroeg, leek papa een repeterende plaat: ‘Nee, wil jij een eitje in een kopje, of in eennn…’ Door schade en schande wist ik op den duur een ezelsbrug te bouwen: ‘dopje’ komt van eierdopje; dan kreeg ik een gekookt ei in een eierdop. Waar ‘kopje’ voor stond is hieronder te lezen.
Toen ik dit eenmaal onder de knie had begreep ik niet waarom ik de vraag überhaupt gesteld kreeg. Maak. Proef. En je wil nooit meer anders.
Recept
– Kook het ei halfhard, dus 4 minuten (opzetten met koud water);
– Laat het ei schrikken onder koud water, pel het en doe hem in een glas/ kopje;
– Voeg hierna van het volgende een klein beetje/ snufje toe: versgemalen peper, klontje roomboter, scheutje melk, kerriepoeder, een beetje mosterd en voor de binken onder ons een minibeetje beetje sambal;
– Even prakken en proeven;
– Als het te flauw is kun je van alles nog iets toevoegen. Uiteraard kun je hier ook eindeloos mee variëren.
Zo, weer een familiegeheim armer.